26 mei 2007

Hoe een doekje soms verblindt...


Uit een onderzoek van de universiteit van Louvain-La-Neuve zou blijken dat één Belg op drie zich stoort zich aan het dragen van hoofddoeken op openbare plaatsen. Iets meer dan de helft is er zelfs voor om de hoofddoek op bepaalde plaatsen te verbieden. Onverdraagzaamheid en racisme zouden aan de basis liggen van de intolerantie tegenover hoofddoeken, dat stellen de onderzoekers.


Het zogenaamde hoofddoekendebat, onder meer naar aanleiding van de dresscode in Antwerpen, krijgt stilaan een dimensie die geheel buiten proportie is. Waar gaat het eigenlijk nog over? Dat mensen aan een loket van een openbare dienst neutraal behandeld worden, lijkt me evident. Maar neutraliteit staat of valt niet met de hoofddoek, wel met een gelijke behandeling van elke klant. Opleggen van een strikte ‘steriele’ neutraliteit in staatsinstellingen leidt tot frustratie en ongelijkheid. Het staat mijlenver van de openheid, het pluralisme en het pragmatisme dat Vlaanderen de voorbije eeuw heeft getypeerd. Ik ben dan ook blij met de manier waarop mijn Antwerpse groene collega’s Meyrem Almaci en Mieke Vogels op een waardige manier deze discussie voeren. De groene affichecampagne is terecht goed ontvangen bij de allochtone gemeenschap.


Als Groen! is ons standpunt: vrije keuze. Vrouwen die een hoofddoek willen dragen, moeten dat kunnen. Vrouwen die geen hoofddoek willen dragen, moeten dat evenzeer kunnen. Zo simpel is het. Een verbod verzwakt enkel nog de maatschappelijke positie van deze groep en polariseert: voor diegenen die effectief gedwongen worden op het dragen van een hoofddoek, verkleint het nog maar eens hun kansen op de arbeidsmarkt en voor diegenen die er uit eigen vrije wil voor kiezen is het zowel een onderdrukking van hun eigenheid als eveneens een beperking van hun kansen. Welk doel hebben we hier dan bereikt?


Wat er ook van zij: door de hoofddoek over de hoofden van de draagsters heen steeds meer tot symbool te verheffen wordt ook de stem van die draagsters gesmoord. In dit debat getuigt het zelfs van een nieuwe vorm van paternalisme: wij beslissen voor deze vrouwen wat een symbool van onderdrukking is, in hun plaats, ongeacht wat zij zelf vinden.


Ik wil afsluiten met een citaat van Mieke Vogels: “We zijn niet voor of tegen een hoofddoek. We spreken ons uit voor de vrije keuze, voor het recht om je identiteit te behouden, ook in overheidsdienst. Het is niet omdat je een hoofddoek op hebt dat je automatisch onderdrukt wordt, het is niet omdat je geen hoofddoek op hebt dat je als vrouw in deze maatschappij automatisch alle kansen krijgt. Door de hoofddoek tot een symbool te verheffen, wordt het debat alleen maar gepolariseerd en wordt de aandacht afgeleid van de noodzaak aan positieve acties in huisvesting, onderwijs en werk.”

Geen opmerkingen: